15. "Ik zag net een mens"
Woensdag 14 september 2022
Helemaal naar Roemenië zijn we vertrokken, al een half jaar. Doel: buitenaf leven, ons eigen ding doen, als familie samen. En dan toch he.. Blijken ze hier ook te leven. Tenminste; als ik Nóra en Tóbiás moet geloven. Zelf heb ik ze gelukkig nog niet gespot: dé mens. Bijzondere figuren schijnen het te zijn, vooral de volwassen variant. Ik begrijp dat dit rauw op je dak valt. We hebben al allerlei wild in de tuin gehad, komt dit er nog even bij. De kinderen zijn er ook vaak van onder de indruk, begrijpelijk ook dat het als een eng soort wordt gezien.
Voor Nóra en Tóbiás is het soms best spannend volwassenen te zien (ik denk overigens voor heel erg veel kinderen). Ten eerste is het aan de buitenkant niet zichtbaar welke taal de ander spreekt. Dan is het nog altijd de vraag voor de kids “word ik ook aangesproken?, Wat zou hij/zij zeggen?”. En “De mens” maakt natuurlijk best vaak grappen of opmerkingen waar kinderen niets mee kunnen.
Voor ons als ouder geeft het wel de mooiste situaties. Tóbiás die gaat als een speer qua taalontwikkeling en heeft als nieuwste favoriete woordcombinatie “wegwezen hier”. Misschien heb je wat foto’s gezien van hem of ken je Tóbiás persoonlijk, dan weet je dat hij het ook echt meent én welk gezicht hij erbij kan trekken. “De mens” ja, en dan in combi met “wegwezen hier”. Soms ben ik maar wat blij dat Tóbiás alleen nog in het Nederlands spreekt, mensen knikken vriendelijk en vinden hem schattig. Uhm.. Zoiets ja!
Bij ons in huize Rigo is het gekte deze week. De vader van Adorján heeft een weekje vakantie en Adorján neemt zijn plek in. Nadeel is dat de vaste medewerkster ook met vakantie is (je ziet het: geen planner in dienst daar). En de twee nieuwe medewerksters, weten – logischerwijs- nog niet hoe ze alle koeken moeten decoreren. Dat geeft uitdagingen: Het is nu woensdag en ik denk dat we de 2000 koeken aantikken sinds afgelopen zaterdag. Dagelijks neemt Adorján ook wat koeken mee naar huis, want het decoreren heb ik ondertussen wel in de vingers gelukkig. De kinderen spelen ook hele dagen bakkerijtje, de juf vertelde dat Nóra op school ook koeken verkoopt in de huishoek.
De komende dagen wordt er nog volop doorgebakken. Het zijn doorverkopers die zich wekelijks melden bij de ouders van Adorján. Ze bellen, geven aan binnen een x aantal dagen 100-600 koeken te willen en hop: we bakken, decoreren, verpakken en voorzien de koeken van een etiket (waar vooraf eerst de houdbaarheidsdatum op gestempeld moet worden. Van het maken van het deeg tot het verpakken van de koeken: het is nog echte ambacht.
Mooi vind ik het idee, dat een paar 100 jaar geleden deze reeks van bakkers in de familie Rigo begonnen is. Toen nog in een kleine keuken, de koeken werden al wandelend (later fietsend) weggebracht voor de verkoop. De traditie zet zich voort, met de nodige aanpassingen uiteraard. Ooit -als het me eens overkomt tijd over te hebben- wil ik de geschiedenis van deze lijn bakkers eens op een rij zetten.
Maar tot het zo ver is.. We hebben nog een “paar” klussen te klaren hier rondom huis. Deze week staan andere klussen vrijwel stil. Hopen dat we nog op tijd zijn pruimen te oogsten en in te koken (het wordt dan een soort dikke pruimenstroop, erg populair hier en vooral erg lekker). We oogsten de laatste tomaten en de aubergines groeien ook nog lekker door. Boerenkool, palmkool, paprika, appels, peren, pruimen en druiven: genoeg te eten hier! Het fruit is helaas niet te verkopen: er zitten wormpjes in. Voor onszelf is dit geen probleem: we snijden de plekken eruit, meestal is een deel van de appel wel volledig intact.
We zijn ook begonnen aan voorbereidingen voor de winter. Adorján heeft een pad aangelegd tussen het huis en de keuken (daar zit een best stuk qua maters tussen buiten), zodat we niet door de modder hoeven te lopen als het heeft geregend. Een lantaarnpaal is geplaatst, want het is al vroeg donker! Nu deze periode even door bikkelen en dan gaan we verder met het maken van een oprit en het plaatsen van een deur bij de werkplaats/keuken (één open bedoeling hier, al maanden :D).
Foto’s komen later, daar heb ik echt geen tijd voor. Waar ik nu de tijd van haal om te schrijven? Adorján moest al vroeg op om 600 koeken + een verkoopkraam naar een markt te brengen in Târgu Mureș. Hij moest al vroeg op pad en ik kon niet meer slapen. Dus hop: een blogverhaal zat al in mijn hoofd; je weet wel.. Zo’n mensenhoofd. Tot de volgende keer! 😉
Voor Nóra en Tóbiás is het soms best spannend volwassenen te zien (ik denk overigens voor heel erg veel kinderen). Ten eerste is het aan de buitenkant niet zichtbaar welke taal de ander spreekt. Dan is het nog altijd de vraag voor de kids “word ik ook aangesproken?, Wat zou hij/zij zeggen?”. En “De mens” maakt natuurlijk best vaak grappen of opmerkingen waar kinderen niets mee kunnen.
Voor ons als ouder geeft het wel de mooiste situaties. Tóbiás die gaat als een speer qua taalontwikkeling en heeft als nieuwste favoriete woordcombinatie “wegwezen hier”. Misschien heb je wat foto’s gezien van hem of ken je Tóbiás persoonlijk, dan weet je dat hij het ook echt meent én welk gezicht hij erbij kan trekken. “De mens” ja, en dan in combi met “wegwezen hier”. Soms ben ik maar wat blij dat Tóbiás alleen nog in het Nederlands spreekt, mensen knikken vriendelijk en vinden hem schattig. Uhm.. Zoiets ja!
Bij ons in huize Rigo is het gekte deze week. De vader van Adorján heeft een weekje vakantie en Adorján neemt zijn plek in. Nadeel is dat de vaste medewerkster ook met vakantie is (je ziet het: geen planner in dienst daar). En de twee nieuwe medewerksters, weten – logischerwijs- nog niet hoe ze alle koeken moeten decoreren. Dat geeft uitdagingen: Het is nu woensdag en ik denk dat we de 2000 koeken aantikken sinds afgelopen zaterdag. Dagelijks neemt Adorján ook wat koeken mee naar huis, want het decoreren heb ik ondertussen wel in de vingers gelukkig. De kinderen spelen ook hele dagen bakkerijtje, de juf vertelde dat Nóra op school ook koeken verkoopt in de huishoek.
De komende dagen wordt er nog volop doorgebakken. Het zijn doorverkopers die zich wekelijks melden bij de ouders van Adorján. Ze bellen, geven aan binnen een x aantal dagen 100-600 koeken te willen en hop: we bakken, decoreren, verpakken en voorzien de koeken van een etiket (waar vooraf eerst de houdbaarheidsdatum op gestempeld moet worden. Van het maken van het deeg tot het verpakken van de koeken: het is nog echte ambacht.
Mooi vind ik het idee, dat een paar 100 jaar geleden deze reeks van bakkers in de familie Rigo begonnen is. Toen nog in een kleine keuken, de koeken werden al wandelend (later fietsend) weggebracht voor de verkoop. De traditie zet zich voort, met de nodige aanpassingen uiteraard. Ooit -als het me eens overkomt tijd over te hebben- wil ik de geschiedenis van deze lijn bakkers eens op een rij zetten.
Maar tot het zo ver is.. We hebben nog een “paar” klussen te klaren hier rondom huis. Deze week staan andere klussen vrijwel stil. Hopen dat we nog op tijd zijn pruimen te oogsten en in te koken (het wordt dan een soort dikke pruimenstroop, erg populair hier en vooral erg lekker). We oogsten de laatste tomaten en de aubergines groeien ook nog lekker door. Boerenkool, palmkool, paprika, appels, peren, pruimen en druiven: genoeg te eten hier! Het fruit is helaas niet te verkopen: er zitten wormpjes in. Voor onszelf is dit geen probleem: we snijden de plekken eruit, meestal is een deel van de appel wel volledig intact.
We zijn ook begonnen aan voorbereidingen voor de winter. Adorján heeft een pad aangelegd tussen het huis en de keuken (daar zit een best stuk qua maters tussen buiten), zodat we niet door de modder hoeven te lopen als het heeft geregend. Een lantaarnpaal is geplaatst, want het is al vroeg donker! Nu deze periode even door bikkelen en dan gaan we verder met het maken van een oprit en het plaatsen van een deur bij de werkplaats/keuken (één open bedoeling hier, al maanden :D).
Foto’s komen later, daar heb ik echt geen tijd voor. Waar ik nu de tijd van haal om te schrijven? Adorján moest al vroeg op om 600 koeken + een verkoopkraam naar een markt te brengen in Târgu Mureș. Hij moest al vroeg op pad en ik kon niet meer slapen. Dus hop: een blogverhaal zat al in mijn hoofd; je weet wel.. Zo’n mensenhoofd. Tot de volgende keer! 😉